Haatten Joop den Uyl en Dries van Agt elkaar? Waarom moesten Glastra van Loon en Kruisinga het veld ruimen? Liep van Agt er de kantjes van af tijdens zijn politieke carrière? Had Andriessen eigenlijk de eerste partijleider van het CDA moeten worden? En had De Koning Van Agt moeten opvolgen als premier en niet Lubbers?
Deze en vele andere vragen worden belicht in dit unieke boek, dat een – soms onthutsend – inzicht biedt in de politieke verhoudingen in Nederland op het hoogtepunt van de polarisatie.
Wie was die jonge jurist die op veertigjarige leeftijd onverwacht minister van Justitie werd? En hoe keken zijn politieke vrienden en vijanden van toen en nu tegen hem aan? Welke rol speelde Van Agt bij de gijzelingen en de vrijlating van de Drie van Breda? En hoe werd hij door zijn collega-minister een loer gedraaid in de kwestie-Bloemenhove?
Aan de hand van een groot aantal interviews met nagenoeg alle nog levende hoofdrolspelers en andere insiders uit de periode 1971 tot 1982 geeft auteur Adrianus Koster, een ervaren onderzoeker politieke antropologie van de Vrije Universiteit van Amsterdam, een kristalheldere kijk op de politieke situatie van de jaren zeventig en tachtig. Aan het woord komen Van Agt, Wiegel, Van Dam, Boersma, Lubbers, Stemerdink, Terlouw, Van Mierlo, Van Thijn, Pronk, Duisenberg, Gruijters, Vredeling, Van Houwelingen en nog vele anderen die Koster in de afgelopen jaren heeft geïnterviewd. Aan de hand van letterlijke citaten – vaak zonder aanzien des persoons – krijgt de lezer een genuanceerd, objectief en ongetwijfeld nieuw beeld van de turbulente politieke carrière van Dries van Agt.
De eenzame fietser, insiders over de politieke loopbaan van Dries van Agt is voor iedereen met maar het kleinste beetje politieke interesse een uiterst informatief en leesbaar boek, dat veel onbekende zaken aan het licht brengt en de politieke verhoudingen uit de periode 1971-1982 haarscherp in beeld brengt. Met een opmerkelijk slotwoord van Van Agt, geschreven in oktober 2007.